zondag 30 augustus 2015

Belaye, quelle est belle!





Na een nacht op een reeds eerder bezocht, zeer aangenaam plekje in Grezels, vertrekken we deze morgen richting Albas.

Via een heeel smal, kronkelig, weggetje rijden we eerst naar Belaye. We komen gelukkig bijna niemand tegen, er is bijna geen uitwijkmogelijkheid, aan de ene kant kijk je recht de afgrond in en aan de andere kant een greppeltje. Oef, we zijn er, mijn buikkriebels worden beloond, het panorama is verbluffend. Nog nooit hebben we zo’n mooi uitzicht over een boucle (lus) van de Lot gehad!




Je kan hier heel mooi zien dat de Lot, in zijn miljoenen jaren van gewijzigde rivierloop, de oever vaak overstroomd heeft met vruchtbare grond. Overal wijnvelden en landbouw.



We wandelen nog wat door het middeleeuws dorpje, ooit bezit van de bisschoppen van Cahors, en bekijken het kerkje.





Op de middag verwennen we ons met een lunch in La Palombière in Juillac: Het menu: - soep (er zit sinaasappel in, best verrassend), -  pastasalade met aubergine,-  gebakken vis met mosseltjes en kleine platte schelpjes met sperzieboontjes en een lekker aardappelgerecht in een overheerlijk sausje en als dessert heeft Frits bavarois met frambozen en ik een chocoladegebak met crème anglaise. Uiteraard begeleid met een flesje rode wijn.


We komen er een beetje  rozig maar zeer voldaan buiten. Na Albas gaan we de Lot volgen om te zien of er een mooi plekje te vinden is. De eerste poging is al raak, heerlijk aan de Lot onder grote bomen, zodat we de rest van de middag kunnen uitbuiken van onze heerlijke maaltijd. Het groepje huizen in de buurt heet Cambou. Het is hier een ‘site de peche’, een visplaats dus en we staan aan een wandel/fietsroute. In de loop van de tijd dat we hier staan komen er heel wat voorbijgangers, wat ons een paar dagen later nog heel goed van pas zal komen......





We staan aan een ‘binnenbocht’ van de rivier. Hier is weinig stroming en er groeit veel wier in de rivier. ’s Nacht is het prachtig. De maan schijnt er op en het is net een ijsvlakte. De volgende morgen zie ik dat er ook veel waterlelievelden tussen de wiervelden staan. Er verschijnen gele bolletjes, bloemen op steeltjes.




zaterdag 15 augustus 2015

Twee cadeautjes



14 augustus 2015



Nou ja, eigenlijk 3!. Op 13 augustus valt het eerste cadeau ’s morgens in de vorm van een enorme wolkbreuk. Vanachter het raam van onze camper zien we meertjes en riviertjes ontstaan op de camping, het extra schuin geplaatste zonnescherm wordt een waterval.  We zien de beheerder van de camping komen. Het is tijd om langs de tenten en caravans te gaan en de overnachtingskosten te incasseren. We zien hem na 5 minuten weer vertrekken. Ons geld ligt klaar maar we kunnen het niet kwijt. Dat is nou de tweede keer dat we hier staan en niet kunnen betalen.

Na de middag vertrekken we terug naar ons eigen plekje in de vallei, nu een detailkaart van de omgeving rijker. Het blijft helaas regenen tot de avond. Niets te fietsen of te wandelen. Het wordt een filmpje binnen.


's Avonds de bewolking en kunnen zowaar we nog een hele tijd buiten zitten en zien een hertje.....




......en als tweede cadeautje een prachtige regenboog




De nacht is rustig. Uit voorzorg hebben we het zonnescherm maar ingeklapt. Vanmorgen weer regen en miezer. We profiteren van een droog momentje om nog even op de fiets te stappen en na de middag vertrekken we al vroeg naar La Tour. Onze huurders hebben laten weten dat ze een dag eerder terug naar huis gaan. Ze hebben net als wij deze week 3 mooie dagen gehad, maar niet het standvastige zomerweer waar ze op gehoopt hebben.

Wij hebben genoten en komen vast nog eens terug naar dit mooie plekje.







Wandelt daar een tak?



12 augustus 2015




Aan Frits zijn broek hangt een strootje, of toch niet? Ik pak het er af en het is een wandelende tak. Hij is van voelspriet tot staart ongeveer 12 cm lang. Heel apart om te zien dat deze, in plaats van de groene of bruine kleur die wij kennen, de kleur van stro heeft, prachtig aangepast aan zijn leefomgeving. Wie ziet de tak op de tweede foto?





We besluiten vandaag naar Camping St Jean in  Montcuq te gaan, we hebben geen brood meer, een bakker is hier niet en we willen wat meer inkopen doen. Alle apparaten moeten opgeladen worden en een douche zou ook wel eens lekker zijn.

Voordat we vertrekken maken we een ochtendwandeling. We klimmen “le Pech” (de berg in het Occitaans) op en gaan op zoek naar het carillon.

We weten dat hij in een pigeonnier gebouwd is en voilà, op de top van de heuvel staat er een, naast een boerenhuis. 




Dat is hem natuurlijk niet, hier wonen duiven! De boer loopt met ons mee en een klein stukje verder staat een groepje huizen bij elkaar en inderdaad, daar hangt het carillon in een pigeonnier.






Er staan wat mensen buiten en met de boer voegen we ons bij het gezelschap, waar onder de kleinzoon van de bouwer van het carillon Nu horen we het complete verhaal: een aantal jaar geleden besloot de opa van deze jongeman, de reeds genoemde Serge Tartrat, een “ Clocher mur” te bouwen op zijn schuurtje.  Zo’n klok zie je vaak in deze streek op de kleine kerkjes en ziet er ongeveer zo uit als op onderstaande foto (aan de dakpannen is te zien dat de foto niet uit deze streek is).



Deze handige metselaar plaatste daar zijn eerste klok, 85 kilo zwaar in. De klok liet zijn prachtige bronzen geluid galmen over het dal van de Seoune. Wauw, dit smaakte naar meer, een curieuze hobby was geboren. In de pigeonnier van zijn huis ontstond een waar carillon. Sinds 11 jaar beieren 14 klokken iedere middag precies om 12 uur een van de 40 melodieën van zijn repertoire. Dit gebeurt volledig automatisch, maar… vertelt buurman boer lachend, ’ik heb een sleutel om in noodgevallen en bij afwezigheid van de eigenaar, de zaak stil te zetten als het carillon om éen of andere reden niet stopt ’. Een hele middag klokkenspel leek hem een beetje veel van het goede.

Deze zelfde buurman boer (Jeannot heet hij horen we later) loopt met ons mee terug naar zijn huis en hij vertelt ons dat hij een landje heeft waar we eventueel onze camper zouden mogen zetten, mooi plekje in een bos is het, dat zien we later. Ons “eigen” plekje lijkt ons toch geschikter, niet zo handig als je voor alles eerst de Pech af moet en later weer omhoog. 

Na de middag vertrekken we naar Montcuq en installeren we ons op de camping.